Willem en ik kennen elkaar inmiddels al een aantal jaar. Toen ik Willem leerde kennen reisde hij nog regelmatig naar Rusland als architect voor een Nederlands architectenbureau, waarvoor hij in Moskou een vestiging heeft opgezet. De laatste jaren richt Willem zich meer en meer op het ontwikkelen van kansen voor een duurzame economie. En daar spreken we samen met enige regelmaat over. Zijn kennis en ervaring als architect zet hij in op projecten, gericht op verduurzaming en circulariteit. Zo houdt hij zich bijvoorbeeld bezig met de mogelijkheden om CO2 uit de lucht op te vangen en dit te gebruiken om circulaire kerosine mee te maken, werkt hij aan de ontwikkeling van een bezoekerscentrum op Rotterdam-The Hague Airport én werkt hij hard aan CO2-negatieve architectuur.

WAT MIJ OOK ZEER MOTIVEERT IS DE OVERTUIGING DAT HET TOCH NIET ZO KAN ZIJN DAT MIJN NEEFJES EN NICHTJE MIJN ROMMEL MOETEN OPRUIMEN.

Marcel: “Wie is Willem van Genugten en wat drijft jou?”

Willem: “Ik ben opgegroeid in het prachtige Aarle-Rixtel boven Helmond en mijn middelbare schooltijd speelde zich af in Breda. Vervolgens heb ik genoten van het studentenleven en de opleiding bouwkunde afgerond aan de TU Delft. Na mijn studie heb ik 16 jaar gewerkt bij een ambitieus architectenbureau. Dat ware leuke en uitdagende jaren. Ik werkte vooral in Rusland en Moskou werd in die tijd mijn tweede huis. In die periode heb ik veel van mijn ambities kunnen realiseren, en ik genoot van het ontwerpen van ongelofelijk gave gebouwen. Het waren de jaren van het grote geld, zeker in Rusland.

Wat mij steeds meer begon te drijven, is de uitdaging hoe problemen kunnen worden opgelost vanuit mijn vakgebied. In de tijd dat ik nog veel in Rusland was, heb ik mij tevens bezig gehouden met de uitdaging om de World Expo 2025 naar Rotterdam te halen en zat hiervoor in de denktank. Rotterdam werd het helaas niet, maar mijn interesse in verduurzaming is in die tijd wel flink aangewakkerd. Het idee was om met de World Expo de haven en Rotterdam een enorme groene slinger te geven. Hoe kun je de economie van een hele regio een tweede leven geven door in te zetten op verduurzaming?

Een ander voor mij bepalend moment speelde ook in Rusland. Ons bureau kreeg de vraag om in Rusland een universiteitscampus te ontwerpen, deels uitgevoerd met massieve en lijmvrije geprefabriceerde houtelementen. Dat moest het voorbeeld worden van duurzaam bouwen in Rusland. Met deze bouwconstructie konden we zonder het gebruik van schadelijke lijm bouwen. Je kunt dan vrijwel CO2-neutraal bouwen. Dit bleek ook nog eens veel sneller te realiseren dan bouwen met lokaal gestort beton. We zagen op de bouwplaats letterlijk het grote verschil in bouwtijd. Dat vond ik heel interessant. Duurzaam was in dit geval ook gewoon sneller en kwalitatief beter.

Nadat mijn toenmalige werkgever failliet ging, heb ik besloten om mijn eigen bedrijf, Blueroom (www.blueroom.design), te starten en mij volledig te richten op duurzaam bouwen. Mijn doel is om mensen te verleiden om duurzamer te gaan leven met aantrekkelijke duurzame ontwerpen. Later kwam daar nog Urban Crossovers (www.urbancrossovers.com) bij. Een bedrijf waarmee we buitenlandse CO2-oplossingen in Nederland onder de aandacht brengen.

Wat mij ook zeer motiveert is de overtuiging dat het toch niet zo kan zijn dat mijn neefjes en nichtje mijn rommel moeten opruimen. Ontwerpers in de bouw kunnen hierin een grote rol spelen. Sterker nog, dat moet, is mijn overtuiging! Er zijn veel goede ontwikkelingen in de bouwsector, maar over het algemeen is het nog steeds een vrij conservatieve sector.”

ONS GEDRAG, DUS OOK IN DE BOUW, IS ONLOSMAKELIJK MET HET HELE ECOSYSTEEM VERBONDEN.

Marcel: “Dat het een wat behoudende sector is voel ik ook. Positief vind ik dat de laatste tijd steeds meer wordt gesproken over de kansen van houtbouw. Ook in de media. Jij hebt heel veel ervaring in de architectuur en je hebt de afgelopen jaren de draai gemaakt naar duurzaam ontwerpen en bouwen. Wie of wat zijn jouw bronnen van inspiratie?”

Willem: “Vanuit mijn vakgebied waren lange tijd verschillende architecten die prachtige ontwerpen creëerden, voor mij een voorbeeld. Dat is inmiddels vrijwel volledig opgeschoven naar het halen van inspiratie uit de natuur en van mensen met een boodschap als Kate Raworth en Greta Thunberg. Ik heb grote bewondering voor Greta. Zij weet heel stevig onder woorden te brengen wat het klimaatprobleem betekent en dat alles wat wij nu doen generaties lang effect zal hebben. Ze confronteert de wereldleiders en wast ons allemaal de oren. Daarnaast heeft een serie boeken mij zeer geïnspireerd, waaronder het boek ‘De uitvinder van de natuur, het avontuurlijke leven van Alexander van Humbolt’. Alexander (1769-1859) heeft het bestaan van een heel divers en samenhangend ecosysteem in beeld gebracht. Hij was zijn tijd ver vooruit. Hij omschreef als eerste dat alles in de natuur met elkaar is verbonden, en daarmee veerkrachtig maar ook kwetsbaar is voor menselijk handelen. Hij voorzag al dat we klimaatverandering zouden veroorzaken!

Een belangrijke les is om steeds te kijken naar het hele proces van productie, om de negatieve impact volledig in beeld te brengen. Dat gaat verder dan het streven naar een energieneutraal gebouw. Als we nu een energieneutraal gebouw realiseren, dan stoot dat tijdens zijn levensduur, voor een comfortabel binnenklimaat, dus geen CO2 uit. Maar om het gebouw te bouwen kunnen toch enorme hoeveelheden CO2 uitgestoten zijn, de zogenaamde embodied carbon van het gebouw. Zie het zo: het rijden in een elektrische auto beperkt de uitstoot naar nul. Maar voor het produceren van die auto is er wel uitstoot. Juist de komende tien jaar moeten we de uitstoot gigantisch terugdringen, dus die embodied carbon moet naar nul. En om het Parijs akkoord te halen moeten we zelfs een deel van de CO2 uit de lucht verwijderen, die sinds de industriële revolutie is uitgestoten. Daarom mijn oproep aan ontwerpers: Hoe ontwerpen we gebouwen met materialen die CO2 negatief zijn? Ons gedrag, dus ook in de bouw, is onlosmakelijk met het hele ecosysteem verbonden.”

HET EINDPRODUCT IS EEN VAST MATERIAAL EN KAN VEEL PLASTIC VOORWERPEN VERVANGEN ÉN HAALT NETTO CO2 UIT DE LUCHT.

Marcel: “Vervolgens kwam je met het idee om CO2-negatieve deurkrukken te produceren. Als ik denk aan een architect, zou ik daar niet direct aan denken. Hoe is dat idee ontstaan?”

Willem: “Een aantal jaar geleden ben ik benaderd door een fabrikant van deurkrukken met de vraag of ik zijn deurkrukken wilde toepassen in mijn projecten. Hij had ook wat deurkrukken bij zich om te tonen. Zijn idee was niet mijn idee, maar ik had wel een ander idee. Ik vroeg de vertegenwoordiger of zij ook deurkrukken van hout maakten. Hij keek mij verbaast en tegelijkertijd geïntrigeerd aan. Nee, was zijn antwoord. Deurkrukken moeten, zeker voor grote projecten, brandveilig zijn, dus geen hout, was zijn reactie. Zijn meegebrachte deurkrukken waren allemaal van roestvrij staal. Mijn volgende vraag was wat een deurkruk kost als je de milieukosten zou meerekenen. En dan blijkt het fabriceren van een deurkruk behoorlijk milieubelastend te zijn. Roestvrij staal bestaat uit onder andere ijzer, chroom, nikkel en koolstof. De productie kost veel energie en water. En er worden er nogal wat geproduceerd. Tel het aantal deurkrukken maar eens in je eigen huis.

Het idee om te onderzoeken of het product deurkruk milieuvriendelijker kon, was geboren. We dachten na over materialen als: hout, bamboe en gerecycled plastic. Het was allemaal nog wat aftastend tot ik in de media een startup in Berlijn tegenkwam, Made of Air. Zij hebben een materiaal ontwikkeld dat lijkt op bakeliet (bakeliet is een volledig synthetische kunststof dat in de vorige eeuw veel werd gebruik. Bekende toepassingen zijn de bekende zwarte bakelieten zware telefoon en de hittebestendige pannengrepen). Dit Duitse bedrijf maakt het materiaal uit plantaardig afval uit de landbouw, de houtindustrie (zaagsel) en de bosbouw. Deze afgedankte plantaardige materialen worden vaak verbrand of gecomposteerd waarbij CO2 vrijkomt. Made of Air bakt dit afval middels een verbrandingstechniek waar geen zuurstof aan te pas komt en nauwelijks uitstoot wordt veroorzaakt. Het eindproduct is een vast materiaal en kan veel plastic voorwerpen vervangen én haalt netto CO2 uit de lucht. Dus CO2-negatief.

Ik heb het bedrijf gebeld met de vraag of ik langs kon komen in Berlijn. Dit leidde tot een volgende afspraak waarbij ook de fabrikant van de deurkrukken aanwezig was. We hebben de intentie uitgesproken om de deurkrukken, made of air, te gaan produceren. Belangrijke voorwaarde voor toepassing in gebouwen als hotels, kantoren en appartementengebouwen, is dat de deurkrukken vuurvast zijn en dus niet verhitten bij brand. De juiste samenstelling voor het productieproces wordt getest. De deurkrukken worden niet CO2-neutraal maar zelfs CO2-negatief! Omdat het materiaal er al is en wordt bestempeld als ‘afval’, wordt voorkomen dat de CO2 uit het afval weer de lucht ingaat.”

Marcel: “Dit is fascinerend, zeker als er zoveel toepassingen voor te bedenken zijn. Wanneer kunnen we deze deurkruk in de winkel kopen?”

Willem: “De deurkruk ligt nog niet in de winkel. Zodra de testen goed zijn doorstaan, kan het heel snel gaan.”

HET POTENTIEEL VAN HET MATERIAAL IS GIGANTISCH ALS HET OP GROTE SCHAAL TOEGEPAST GAAT WORDEN.

Marcel: “Als het materiaal bruikbaar is voor deurkrukken waaraan hoge eisen worden gesteld, is er dan niet veel meer mee te doen?”

Willem: “Jazeker! Het Berlijnse bedrijf werkt aan een zonnebril voor modeketen H&M. En met een Amerikaans bedrijf werken zij aan een meubellijn. Met alleen een deurkruk gaan we het klimaat niet redden, maar ik vind het een heel mooi en sterk communicatief begin door dit materiaal toe te passen in voor iedereen herkenbare producten. Het potentieel van het materiaal is gigantisch als het op grote schaal toegepast gaat worden. Het wordt nu in Duitsland toegepast voor gevelelementen en kan dus in allerlei bouwelementen toegepast gaan worden.”

Marcel: “Kun je nog even samenvatten waarom het materiaal, made of air, CO2-negatief is?”

Willem: “Een boom neemt CO2 op. Als deze boom wordt gekapt voor de houtindustrie ontstaat er veel zaagsel. Dit zaagsel wordt weggegooid of verbrand, en de CO2 komt zo weer in de lucht terecht. Met dit proces wordt dit zaagsel echter omgezet in de grondstof waarmee wij bijvoorbeeld de deurkruk fabriceren. Daarmee is de door de boom uit de lucht gehaalde CO2 permanent vastgelegd in de deurkruk. En het materiaal is daarbij volledig recyclebaar.”

Marcel: “Wat hoop je het komende jaar nog meer te bereiken?”

Willem: “Uiteraard dat de deurkruk verder ontwikkeld wordt. Daarnaast werk ik onder andere aan een heel bijzonder woningbouwproject vlakbij Rotterdam, en aan het ontwerp voor de proeffabriek met het bezoekerscentrum ‘Zenid One’ op het terrein van Rotterdam The Hague Airport. Ik hoop dat dit jaar de bouwaanvraag de deur uitgaat. Dit bezoekerscentrum heeft als doel om uit te leggen hoe Zenid, circular jet fuel from air gemaakt wordt en wat de voordelen zijn. Het bezoekerscentrum zelf wordt CO2-negatief. We zoeken voor ieder materiaal een CO2-neutraal of CO2-negatieve variant, inclusief beton!

En ik hoop dat er in Den Haag nu echt wordt ingezet op consistent klimaatbeleid voor de komende zes generaties.”

STEM MET IN JE ACHTERHOOFD DE KOMENDE ZES GENERATIES.

Marcel: “Je bent met veel mooie én duurzame projecten bezig. Dat vind ik gaaf om te horen. Tot slot, wat zou jij de lezers willen meegeven?”

Willem: “Laten we ons allemaal goed realiseren dat we allemaal verantwoordelijk zijn voor de klimaatverandering én onderdeel zijn van de oplossing. Maak gebruik van je stemrecht. En stem met in je achterhoofd de komende zes generaties.”

Marcel: “Willem, dat lijkt mij een heel goed advies. MVO Nederland heeft de verkiezingsprogramma’s van de 13 zittende partijen beoordeeld op de thema’s: nieuwe rijkdom, echte prijzen, transparante ketens, inclusief ondernemen, groene energie, biodiversiteit en circulaire economie. Hoewel de meeste partijen de thema’s veel serieuzer nemen dan bij de vorige verkiezingen, zijn de verschillen nog steeds groot.

Heel erg bedankt Willem, dat jij jouw mooie en inspirerende verhaal wilde delen. Ik hoop dit jaar de deurkruk in de winkel tegen te komen en wens je heel veel succes. Ik blijf je volgen!”